Alles over sport logo

Leusden zet buurtsportcoach senioren in en organiseert beweegaanbod met wijkverenigingen

Hoe laat je inwoners vitaal ouder worden? Rond dit uitdagende vraagstuk vormde Kenniscentrum Sport & Bewegen begin 2024 met vijf gemeenten een Community of Learning (CoL). In dit artikel lees je waarom Leusden een buurtsportcoach voor senioren inzet. Ontdek ook hoe de gemeente onderzoekt hoe senioren kan begeleiden naar nieuw laagdrempelig aanbod, dat zij ontwikkelt met wijkverenigingen.

“Leusden kent een snelle vergrijzing”, vertelt Evelien Wijdeveld, procesregisseur Sport en Bewegen. “Om daarop in te spelen, is sport en bewegen de afgelopen jaren steeds meer geïntegreerd in het beleid binnen het sociaal domein. Zo is een onderdeel van de SPUK de ketenaanpak Valpreventie, die we koppelen aan sport en bewegen voor senioren en het ontwikkelen van activiteiten voor deze groep. Om meer handvatten te krijgen bij het vertalen van beleid naar praktijk, deden we mee aan de Community of Learning. Ook om te leren van gemeenten die al verder zijn op dit gebied.”

Andere rol buurtsportcoaches

Bij het verbinden van beleid en uitvoering spelen buurtsportcoaches een grote rol, vertelt Wijdeveld, die hun inzet regisseert. “De buurtsportcoaches voeren een deel van het sociaal beleid uit. Hoe zetten we hen daarbij het best in? Hier kijken we sinds een jaar bewuster naar, mede dankzij de CoL. Hun rol is daardoor anders geworden. Waar ze voorheen vooral bezig waren met de uitvoering van activiteiten, hebben ze nu een meer coördinerende en verbindende functie. Ook werken we meer gestructureerd en projectmatig dan voorheen. Ik kijk als procesregisseur kritischer of een vraag past binnen de opdracht en tijd, en bespreek dit met de buurtsportcoach.”

Passend aanbod creëren

Binnen de CoL hield Kenniscentrum Sport & Bewegen ook een bijeenkomst met stakeholders in Leusden, zoals zorgorganisaties en wijkverenigingen. “Die gaven aan dat er weinig beweegaanbod is voor senioren in een licht kwetsbare positie. Er is vooral aanbod voor fittere senioren, zoals walking football en seniorentennis.” Daarom besloot Leusden laagdrempelig aanbod te organiseren voor minder mobiele senioren, in samenwerking met wijkverenigingen. “Voor de pilotfase kozen we een wijk met veel senioren. Daar ontwikkelen we activiteiten zoals zitgymnastiek en wandelgroepen (2 tot 5 kilometer) met een sociale component, zoals koffie na afloop. ROC-studenten helpen met begeleiden, onder aansturing van een buurtsportcoach. In de toekomst willen we (de meer vitale) deelnemers leren hoe ze zelfstandig de wandelgroep kunnen begeleiden. Er wandelen nu 23 deelnemers; de zitgymnastiekgroep telt 12 deelnemers.”

Sociale kaart

De bijeenkomst maakte ook duidelijk dat er te weinig inzicht was in het aanbod voor senioren in een licht kwetsbare positie. “Stel, je wilt een deelnemer van een cursus valpreventie naar passend aanbod sturen om te blijven bewegen. Dan moet je dat makkelijk kunnen vinden. Daarom hebben we een sociale kaart gemaakt. Buurtsportcoaches hebben het aanbod geïnventariseerd, dat we op een website hebben gezet: Leusdeninbeweging.nl. We maken ook een papieren boekje, dat in december 2024 verschijnt.”

Valrisicotest

Wijdeveld en haar collega’s ontwikkelen ook activiteiten rondom valpreventie. “We willen fittesten of valrisicotesten aanbieden om deelnemers te werven voor cursussen rondom valpreventie. Tijdens de Valpreventieweek draaiden we een pilot. Bewoners ontvingen een positieve, niet belerende brief van de wethouder. Van de 650 verstuurde brieven kwamen 52 ouderen naar een valrisicotest, opgezet samen met de buurtsportcoach uit die wijk en fysiotherapeuten. Vanuit hier startten twee cursussen, In Balans en Vallen Verleden Tijd.” Blijven de cursisten ook bewegen na afloop? “Dat willen we monitoren. Om de kans op structureel bewegen te vergroten, moet er laagdrempelig vervolgaanbod zijn dat helder wordt gecommuniceerd. Dit willen we doen door de buurtsportcoach in de derde en tiende les voorlichting te laten geven over het aanbod, en op maat beweegadvies te laten verzorgen.”

Buurtsportcoach senioren

Gaandeweg het traject bleek ook dat er behoefte was aan een buurtsportcoach voor senioren. “Willen we als gemeente dat senioren fitter blijven, langer zelfstandig kunnen wonen en nieuwe netwerken krijgen (in de beweeglessen)? Dan moet iemand in de uitvoering daar structureel aandacht voor hebben. Daarom hebben we een deel van de valpreventiegelden ingezet voor een buurtsportcoach senioren. De vacature staat nu uit. Het plan voor de ketenaanpak Valpreventie – dat nog ontwikkeld moet worden door een aan te stellen kwartiermaker – gaan we koppelen aan de activiteiten van deze buurtsportcoach senioren.” Concreet krijgt deze buurtsportcoach taken zoals: het aanbod communiceren, als centraal aanmeldpunt functioneren, met fysiotherapeuten afstemmen die cursussen verzorgen, voorlichting geven over vervolgactiviteiten voor cursusdeelnemers, relaties met inwoners, zorgpartners en wijkverenigingen onderhouden, en vraag en aanbod monitoren en bijsturen.

Willen we als gemeente dat senioren fitter blijven, langer zelfstandig kunnen wonen en nieuwe netwerken krijgen (in de beweeglessen)? Dan moet iemand in de uitvoering daar structureel aandacht voor hebben.

Samenwerking met thuiszorg

Om de ketenaanpak Valpreventie uit te werken, onderzoekt de gemeente ook wie de juiste stakeholders zijn en hoe die te betrekken, vertelt Wijdeveld. “Zo zetten we stappen richting een samenwerking met thuiszorgorganisaties. Thuiszorgmedewerkers komen namelijk bij senioren thuis en zijn dus een belangrijke schakel. We hebben nu een thuiszorgorganisatie uitgenodigd bij het overleg over valpreventie. Onze vraag aan hen is: wat hebben jullie nodig om senioren te motiveren om deel te nemen aan een cursus Valpreventie? Misschien kunnen we mensen thuis screenen, bijvoorbeeld door de buurtsportcoach die meegaat. Dit zijn dingen die we samen moeten bespreken om te bepalen wat haalbaar is.”

Uitdagingen

Wat was de grootste uitdaging tot nu toe? “Door personeelswisselingen hebben we minder stappen gezet dan gehoopt. Bovendien raakten mede daardoor de taken meer versnipperd over collega’s, zoals de ketenaanpak Valpreventie en de samenwerking met wijkverenigingen. We moeten nu snel helder krijgen wie precies welke taken heeft, en hoe we in de nieuwe samenstelling effectief kunnen samenwerken om alles goed uit te voeren.” Haar tip aan andere gemeenten in zo’n situatie? “Ga direct om tafel met nieuwe collega’s om te bespreken wat er loopt en waar je staat. En verzeker jezelf ervan dat er een goede overdracht plaatsvindt.”

Hoop

“Wanneer de CoL in het voorjaar van 2025 eindigt, hoopt Wijdeveld een plan van aanpak voor de ketenaanpak Valpreventie te hebben. “En dan hebben we een buurtsportcoach senioren, met een duidelijk takenpakket en een goed netwerk. Bovendien willen we dat wijkverenigingen samen met deze buurtsportcoach laagdrempelige activiteiten ontwikkelen en opstarten.” In de toekomst hoopt Wijdeveld dat Leusden ook meer kan inzetten op de senioren in de kwetsbaarste posities. “Wellicht ook via welzijnsprojecten waarbij senioren met maatjes in beweging komen. Maar eerst willen we dit op orde krijgen. Je kunt niet alles tegelijk doen.”

Tips

Wijdeveld heeft enkele tips voor gemeenten die met dit thema aan de slag willen:

  • Zet een buurtsportcoach voor senioren in. Stel hiervoor een concreet plan op en zorg voor voldoende tijd en middelen.
  • Bouw een sterk netwerk tussen buurtsportcoaches, fysiotherapeuten, zorgpartijen en wijkverenigingen die betrokken zijn bij de valpreventiecursussen. Zorg voor een goede samenwerking.
  • Maak een gedetailleerde sociale kaart, één voor de zorg en één voor inwoners . Voor de zorg: geef per activiteit het kwetsbaarheidsniveau aan, zodat makkelijk te zien is welke activiteiten bij wie passen. Gebruik bijvoorbeeld symbolen in het overzicht.

Artikelen uitgelicht


Meedoen door sport en bewegen
Eerstelijnszorg, In de wijk, Sportaanbieders, Zorginstelling
Ouderen
Gymnastiek, Tennis, Voetbal, Wandelen
public, professional
praktijkvoorbeeld
beleidsontwikkelingen, buurtsportcoachregeling, chronische aandoening, samenwerken