We kunnen de sociaal-economische waarde van sport en bewegen intussen uitdrukken in geld. Deze zogenoemde Social Return on Investment (SROI) van sport en bewegen. Met andere woorden: de maatschappelijke opbrengsten zijn 2,51 keer hoger dan de investeringen in sport en bewegen. De opbrengst voor de samenleving zit hem in gezondheid (bijvoorbeeld lagere zorgkosten), arbeid (bijvoorbeeld minder ziekteverzuim) en sociaal welzijn (bijvoorbeeld meer plezier).
Nóg meer te winnen met sporten en bewegen
De waarde van sport en bewegen is anders voor mensen met een fysieke beperking. Op een aantal terreinen staat deze groep op achterstand. Denk aan:
- Deze groep voldoet minder vaak aan de beweegrichtlijnen.
- De kans op een chronische aandoening is groter.
- De kans op een sociaal isolement is groter.
- Minder mensen uit deze groep hebben een baan.
Mensen met een fysieke beperking hebben dus nóg meer te winnen met sport en bewegen. Maar maakt dat de sociaal-economische waarde ook groter voor deze groep? Het antwoord is: ja. Aanvullend onderzoek toont dat de waarde van sport en bewegen voor deze groep inderdaad hoger is.
De sociaal-economische waarde van sport en bewegen
In opdracht van Kenniscentrum Sport & Bewegen voerde Rebel aanvullend onderzoek uit. Met twee centrale vragen:
- Wat is de sociaal-economische waarde van sport en bewegen voor mensen met een fysieke beperking?
- Wat is de meerwaarde van het investeren in een sporthulpmiddel?
We hebben de sociaal-economische waarde (SEW) van sport en bewegen berekend voor deze doelgroep. Deze SEW kunnen we vergelijken met de SEW voor ‘de gemiddelde Nederlander’. In ons onderzoek is gekeken naar gezondheidswinst, sociale effecten en effecten op de arbeidsmarkt. De onderzoekers hebben in dit onderzoek alleen de opbrengstenkant belicht, niet de investeringskant. Daar waar geen specifieke data beschikbaar waren voor de doelgroep ‘mensen met een fysieke beperking’, hebben we in het onderzoek conservatieve aannames gedaan. De werkelijke SEW ligt dus naar verwachting nog hoger.
Download het rapport Waarde van sport en bewegen voor mensen met een fysieke beperking
Gezondheidswinst en meer kwaliteit van leven
Van de gemiddelde Nederlander voldoet net iets meer dan de helft aan de beweegrichtlijnen (54%). Bij mensen met een fysieke beperking is dit percentage een stuk lager (34%). Logisch, want voor niet iedereen in deze groep zijn dagelijkse dingen als gymmen op school, te voet boodschappen doen of traplopen mogelijk. Door een leefstijl met meer zitten zien we ook dat bepaalde chronische ziekten veel vaker voorkomen in deze groep, zoals diabetes, osteoporose en depressie.
Het onderzoek toont aan dat de gezondheidswinst voor deze groep groot is als deze wél aan de beweegrichtlijnen gaat voldoen. De zorgkosten gaan omlaag, de levensverwachting neemt toe en ook de kwaliteit van leven stijgt.
Ook al ben je maar één keer per week met je lichaam bezig, het maakt je echt heel veel zelfstandiger. Vroeger moest ik iemand bellen als ik een fles wilde opendraaien, of mijn afstandsbediening liet vallen. Nu heb ik meer energie en ben ik flexibeler om dat zelf te doen.
Judith Bulthuis. Lees hier het hele verhaal van Judith
De baten van sport en bewegen bij mensen met een fysieke beperking zijn daardoor hoger dan bij de gemiddelde Nederlander: €5.000 tot €15.000 meer, over iemands hele sportende leven. Dat is gemiddeld zo’n 15% hoger dan bij de gemiddelde Nederlander.
Zelfvertrouwen stijgt, eenzaamheid neemt af
Het uitdrukken van de sociale effecten van sport en bewegen in euro’s is lastiger. Landelijk SROI-onderzoek meet hierbij bijvoorbeeld leerprestaties, plezier en (jeugd)criminaliteit. Maar niet overal is onderzoek over, voor mensen met een fysieke beperking.
Meer dan voor de gemiddelde Nederlander hebben sport en bewegen voor mensen met een fysieke beperking sociale voordelen en impact op iemands kwaliteit van leven. Studies wijzen erop dat sport en bewegen meer dan gemiddeld bijdragen aan je zelfvertrouwen. Ook helpen ze eenzaamheid en een isolement tegengaan, wat relatief veel voorkomt bij deze groep. En het draagt bij aan het veranderen van negatieve stereotypen.
Dankzij het handbiken zit ik niet meer zo vaak in de put. Door met mijn handbike tochtjes te maken, kan ik ontspannen en heb ik veel meer kwaliteit van leven. Ook de dagelijkse handelingen gaan een stuk beter omdat ik meer energie heb en beter in mijn vel zit.
Daniëlle van Hooff. Lees hier het hele verhaal van Daniëlle
De arbeidsmarkteffecten zijn lager bij mensen met een fysieke beperking dan bij de gemiddelde Nederlander, simpelweg omdat deze doelgroep minder vaak werk heeft. Dit is daarom niet meegenomen in het onderzoek.
De waarde van sport en bewegen is een stuk hoger
Hoewel niet alles in geld is uit te drukken, is de sociaal-economische waarde van sport en bewegen voor mensen met een fysieke beperking dus een stuk hoger dan voor de gemiddelde Nederlander. Voor zo’n 80.000 mensen is daar wel een belangrijke voorwaarde aan verbonden. Om überhaupt te kunnen sporten, hebben zij namelijk een sporthulpmiddel nodig, zoals een sportrolstoel, handbike of prothese.
Sporthulpmiddel verdient zich 4,5 keer terug
Het vergoeden van sporthulpmiddelen door gemeenten en zorgverzekeraars blijkt moeizaam te verlopen. Toch kunnen we wél uitrekenen wat investeren in een sporthulpmiddel oplevert.
- Zoals we al zagen: de baten van sport en bewegen bij mensen met een fysieke beperking zijn gemiddeld 15% hoger over iemands hele sportende leven.
- Als je dat omzet in euro’s zie je dat – als iemand met een fysieke beperking gedurende zijn sportende leven aan de beweegrichtlijnen voldoet – dit tussen de €35.000 en €115.000 oplevert. Vanwege de conservatieve aannames die zijn gedaan in het onderzoek van Rebel, gaan we uit van het gemiddelde: €75.000.
- De kosten per sporthulpmiddel verschillen sterk. Gemiddeld zijn de kosten per persoon zo’n €16.000 over iemands hele sportleven, rekening houdend met een realistische afschrijvingstermijn.
De conclusie is dat je er dankzij een investering van € 16.000 (aan een sporthulpmiddel) voor kunt zorgen dat iemand überhaupt kan sporten. Als iemand daardoor dan ineens wél kan voldoen aan de beweegrichtlijnen, betekent dit dat deze investering in het sporthulpmiddel de maatschappij 4,5 keer zoveel oplevert, namelijk €75.000. De onderzoekers en de experts stellen dat dit een conservatieve schatting is, mede omdat op dit gebied nog weinig onderzocht is en veel data ontbreken.
Hoe benut je deze cijfers als beleidsmaker?
Na alle cijfers blijft de vraag: wat kun je hiermee als beleidsmaker? Hoe benut je deze kennis? Drie tips:
- Als je zorgt dat jouw inwoners met een fysieke beperking kunnen sporten en bewegen, levert dat wat op: gezondheidswinst, sociaal geluk en niet te vergeten sportplezier. Hier lees je meer over hoe je deze groep kunt stimuleren tot sport en bewegen.
- Als gemeente speel je een cruciale rol in het wegnemen van een belangrijke drempel, namelijk het faciliteren van een sporthulpmiddel. Eerder onderzoek in 355 gemeenten liet zien dat veel gemeenten de regels hierover complex vinden. Speciaal voor gemeenten ontwikkelden we daarom een Handreiking Sporthulpmiddelen.
- Wil je iemand op weg helpen bij het vinden van een passend sporthulpmiddel? Uniek Sporten Hulpmiddelen biedt hulp aan mensen die vastlopen met hun aanvraag bij de Wmo, Zorgverzekeringswet (Zvw), Wet Langdurige Zorg (Wlz) of UWV. Dankzij een extra financiële impuls (vanuit het ministerie van VWS) kan Uniek Sporten Hulpmiddelen mensen die eerder een afwijzing ontvingen toch een vergoeding geven voor hun sporthulpmiddel.