Zei je zondagavond nog heel gemotiveerd dat je absoluut zou gaan hardlopen de volgende ochtend, blijkt dat maandagochtend 7 uur toch makkelijker gezegd dan gedaan. Motivatie vertaalt zich blijkbaar niet automatisch tot actie. In dit artikel kon je al lezen wat je hier aan kan doen, maar waar(om) gaat het mis? Lees mee en take note.
Er bestaat een gat tussen de intentie om iets te doen, en het daadwerkelijk doen. Dit blijkt keer op keer uit verschillende onderzoeken, dus nee, je bent zeker niet de enige die moeite heeft om motivatie om te zetten in actie. Er zijn een aantal dingen die dit ‘gat’ lijken te veroorzaken:
- Je bent wel gemotiveerd, maar hebt er eigenlijk geen vertrouwen in dat wat je je hebt voorgenomen, gaat lukken. Ergens achter in je hoofd klinkt al een stemmetje dat fluistert “eens kijken hoe lang we het dit keer vol gaan houden, want de afgelopen keer ging het ook mis”. Wetenschappelijke term? Een gebrek aan self-efficacy ofwel eigen effectiviteit.
- Je hebt wel motivatie, maar geen plan. Je hebt een doel, maar geen beeld van de weg ernaar toe. Hoe ga je afvallen? Wanneer je ga je meer sporten? Welke sport ga je doen? Implementation intentions kunnen je hierbij helpen.
- Je bent gemotiveerd om een onmogelijk doel te behalen. Het doel is te groot en te ver weg om te kunnen bereiken binnen een redelijk korte tijd. Doelen moeten concreet zijn en het tijdsbestek om ze te bereiken haalbaar.
- Je wilt alles en je wilt het nu. Afvallen en meer sporten en gezonder eten en minder vaak uit eten en vaker wandelen in plaats van iets drinken met vrienden en meer tijd maken voor familie en een nieuwe hobby oppakken. En door al die dingen tegelijk te proberen, verzeker je jezelf ervan dat je precies niets voor elkaar krijgt. Choose and prioritize.
- Je omgeving is het ab-so-luut niet eens met je plannen. En hoe stoer we ook zeggen dat we voor onszelf kiezen en het niet uitmaakt wat de rest van de wereld vindt: als je directe omgeving tegenwerkt, wordt het behalen van je doelen – of er überhaupt mee beginnen – erg moeilijk.
Motivatie komt in verschillende vormen. Meer weten? Lees dit artikel over intrinsieke en extrinsieke motivatie.
Naast deze vijf punten, is er nog een belangrijk punt om aandacht aan te besteden: motivatie versus wilskracht. Want wat heb je harder nodig?
Motivatie versus wilskracht
Laten we motivatie neerzetten als hetgeen dat je aanspoort om iets te gaan doen: je voelt je er al goed bij nog voor je het hebt gedaan. Maar let wel: motivatie is niet nodig om iets te gaan doen. Het is mooi als je van te voren al zin hebt om te gaan sporten, maar je bent ook prima in staat om naar de sportschool te gaan zonder dat je hier enorm enthousiasme over voelt. Dit is wilskracht, ofwel discipline of zelfregulatie.
Je oefent elke dag best veel wilskracht uit: om niet met drie zakken chips bij de kassa te eindigen, om niet uit te vallen tegen die luidruchtige medepassagier in de trein, om je bed ook echt uit te gaan wanneer de wekker gaat. En nog meer: elke keuze die je maakt, vergt een stukje wilskracht.
Wilskracht als eindige bron
Dat is allemaal niet erg, ware het niet dat het ernaar uitziet dat je geen oneindige hoeveelheid wilskracht hebt. Inderdaad: discipline is waarschijnlijk een uitputbare bron. Met een mooi woord heet dit ego depletion.
Wilskracht wordt hierbij vergeleken met een spier: wordt er in korte tijd te veel van gevraagd, dan raakt het ‘op’. Maar net als een spier, herstelt het ook weer en kan het ook tussendoor een nieuwe boost krijgen. Bijvoorbeeld door jezelf weer te motiveren of gewoon door even een pauze te nemen.
De laatste jaren worden er vanuit onderzoek vraagtekens gezet bij de uitputbaarheid van discipline of wilskracht. Sommige onderzoekers zijn in hun studies tot de conclusie gekomen dat ego depletion niet werkt zoals tot dan toe werd beschreven, of dat discipline enkel uitputbaar is als je gelooft dat dat is hoe het werkt – een soort self fulfilling prophecy als het ware. Al met al is er nog verder onderzoek nodig voor we het weer volledig eens kunnen zijn over het begrip.
Vermoeidheid (fysieke vermoeidheid of bijvoorbeeld door gebrek aan slaap) kunnen je wilskracht verminderen. Daarom is voldoende rust zo belangrijk als je probeert een grote verandering aan te brengen in je leven!
Wat is belangrijker?
Nu is de logische discussie natuurlijk: wat is belangrijker? Wilskracht of motivatie? Nog niet zo lang geleden is dit onderzocht onder atleten van alle niveaus in Noorwegen. Hieruit kwam het volgende.
Het is belangrijk dat je verleiding kan weerstaan. De verleiding om op de bank te ploffen en niet meer overeind te komen. Om mee te gaan in de plannen en meningen van vrienden. De verleidingen in de supermarkt. Dit vergt wilskracht.
Maar hoeveel wilskracht je hebt, wordt ten dele bepaald door hoe gemotiveerd je bent. Op korte termijn (ca. 5 weken) kom je op pure wilskracht een heel eind. Maar daarna wordt het moeilijker. Tenzij je uit je motivatie kan putten om je wilskracht te versterken: het de boost geven die we eerder noemden.
Conclusie
En dus? Ze zijn beiden belangrijk. Kies een beweegreden die je écht motiveert en koppel daar een concreet doel aan. Zet wilskracht in om de taken die nodig zijn om dat doel te bereiken dagelijks uit te voeren. Wordt het moeilijk? Herinner jezelf dan weer aan je motivatie en zet deze in om je wilskracht te versterken. En onthoud dat je prima kan gaan sporten zonder dat je je daar op dat moment gemotiveerd voor voelt. Bij discipline komt het goede gevoel achteraf. En: hoe vaker je iets doet, hoe sneller het een gewoonte wordt en hoe minder wilskracht je in de toekomst nodig hebt om het te blijven doen.
Ben je geïnteresseerd in publicaties over motivatie bij bewegen? Kijk dan eens in de Kennisbank Sport en Bewegen.