Alles over sport logo

Samenwerking in Limburg zorgt voor minder beweegklachten en slimmere zorg

Steeds meer organisaties en initiatieven slaan de brug tussen sport en zorg, zo ook het Beweeghuis in Limburg. Hier werken medisch specialisten, huisartsen, fysiotherapeuten en beweegprofessionals samen om de zorg slim in te richten, klachten bij cliënten te verminderen en operaties te voorkomen. Tim Boymans (orthopedisch chirurg en medisch directeur van het Beweeghuis) en Joyce Roumen (combinatiefunctionaris Maastricht Sport) vertellen in dit praktijkvoorbeeld over het ontstaan van de samenwerking, de struikelblokken en sleutels tot succes.

Wat is een Beweeghuis?

Het Beweeghuis bestaat uit verschillende onderdelen, waaronder de Stadspoli. De huisarts verwijst mensen met klachten aan het bewegingsapparaat door naar deze poli, die middenin de stad en buiten het ziekenhuis ligt. Vanuit hier worden cliënten doorverwezen naar de medisch specialist, fysiotherapeut of beweegcoach van Maastricht Sport. Indien iemand wordt doorverwezen naar een beweegcoach, start vanuit daar de beweeginterventie Beweeg Bewust. 

Beweeg Bewust start met een intake gesprek. Hier worden de belemmeringen en behoeften van de deelnemer over bewegen zichtbaar gemaakt. Met deze resultaten wordt het twaalf weken durende beweegtraject vormgegeven. Onder leiding van een beweegcoach kan de cliënt gaan bewegen in een klein groepje of de beweegcoach helpt bij het vinden van passend regulier aanbod waarbij de cliënt coaching op afstand ontvangt. 

Na 12 weken vindt een evaluatiegesprek plaats. Vervolgens wordt de deelnemer gedurende één jaar in afbouwende mate gecoacht. Ook andere ‘routes’ zijn mogelijk. Zo kunnen fysiotherapeuten aangesloten bij het gespecialiseerde rug- of knienetwerk hun cliënten doorverwijzen naar de beweegcoach. De beweegcoaching is dan als alternatief voor een behandeling of als steuntje in de rug na een behandeling.

Wat was de aanleiding om te gaan samenwerken?

Steeds meer mensen hebben beweegklachten, zoals artrose en nek- en rugklachten. Dat heeft persoonlijke en maatschappelijke impact: deze klachten leiden tot beweegarmoede, de gevolgen zijn bijvoorbeeld chronische aandoeningen en arbeidsongeschiktheid. Inwoners in onze regio Zuid-Limburg zijn het meest beperkt in gezondheid en bewegend functioneren van heel Nederland. We concludeerden dat we de zorgketen anders moesten inrichten, wilden we de toenemende cliëntenstroom aankunnen en de negatieve impact van beweegklachten tegengaan.

Deze organisaties zijn betrokken bij het Beweeghuis

  • Het Maastricht Universitair Medisch Centrum+: samenwerkingsverband van Maastricht UMC+ en Faculty of Health, Medicine & Life Sciences van de Universiteit Maastricht. 
  • Fy’net: samenwerkingsverband van en voor fysiotherapeuten in Maastricht-Heuvelland.
  • ZIO (Zorg in ontwikkeling): eerstelijnszorgorganisatie die onder andere huisartsen en fysiotherapeuten in de regio Maastricht-Heuvelland ondersteunt bij hun praktijkvoering.
  • De Vereniging Regionale Huisartsenzorg (RHZ): vereniging voor huisartsen in de regio Heuvelland.
  • Maastricht Sport: uitvoeringsorganisatie sport van de gemeente Maastricht.

Hoe kwamen jullie tot een samenwerking?

Het MUMC+ nam initiatief en ging in gesprek met de huisartsenorganisatie en fysiotherapieorganisatie. Het hielp dat daar al samenwerking was: Stichting Beter Samen. Daarna wilden we de stap naar secundaire preventie maken en kwamen we in contact met andere partijen, waaronder Maastricht Sport. Dat klikte qua persoonlijkheden en ambities. Op vraag van een enthousiaste huisarts die ‘bewegen’ wilde voorschrijven, ontwikkelde Maastricht Sport in 2016 de beweeginterventie Beweeg Bewust. Samen integreerden we de interventie in het Beweeghuis.

Hoelang duurde het voor de samenwerking goed op de rails stond?

De opstartfase van idee tot implementatie komen duurde een half jaar. Het operationeel neerzetten liep vervolgens vertraging op door de coronapandemie. Wat in ons geval hielp, was de bestaande samenwerking tussen huisartsen, medische specialisten en fysiotherapeuten zoals eerder benoemd. 

Wat zijn de belangrijkste resultaten?

Voor de doelgroep draait het om vermindering van beweegklachten en pijn, net als het voorkomen van toekomstige klachten en operaties. Voor ons als professionals is het bieden van betere zorg een belangrijk doel. We willen de zorg toegankelijk en betaalbaar houden, door mensen met beweegklachten zo snel mogelijk bij de juiste (beweeg-)zorgprofessional te brengen. Het Beweeghuis helpt daarbij: eerst zagen we 80% van de cliënten voor het eerst in het ziekenhuis en 20% op de Stadspoli, nu is dat precies andersom. Dit is belangrijk om de (toekomstige) toestroom aan te kunnen. Inmiddels ervaren we als Maastricht Sport een sneeuwbaleffect. De naamsbekendheid van Beweeg Bewust groeit en steeds meer eerste- en tweedelijnszorgverleners willen met ons samenwerken. Dit zorgt voor nieuwe uitdagingen zoals het waarborgen van de capaciteit.

Hoe zijn de verantwoordelijkheden geregeld tussen de partners?

We hebben een duaal programmamanagement opgezet vanuit het ziekenhuis en de eerstelijnszorg. De programmamanager vanuit Zorg in Ontwikkeling (ZIO) is samen met Tim Boymans en Rob Vanwersch (MUMC+) het concept verder gaan vormgeven. Vanuit de verschillende partners zijn projectleiders benoemd. Alle betrokken partijen hebben een rol in de (deel)projecten binnen het totale concept. Daardoor voelt iedereen zich vertegenwoordigd en het creëert het gevoel dat je het sámen doet. Er heerst een structuur waarin iedereen commitment heeft. Zo is er maandelijks een overleg over de voortgang en vervolgstappen. 

Hoe kregen jullie het financieel voor elkaar?

De zorgverzekeraar heeft nog geen extra financiële impuls gegeven, dus MUMC+ heeft het project voorgefinancierd. De andere partijen dragen bij met menskracht en materiële kosten zoals flyers, digitale hulpmiddelen, enzovoorts. Doel is om het programma structureel bekostigd te krijgen. We zien daarbij verschillende mogelijkheden. We kunnen het bespaarde bedrag – door de keten slimmer in te richten – over de partners verdelen. Ook bekijken we of we een proeftuin kunnen worden voor zorgevaluatie en gepast gebruik vanuit het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. En we hopen dankzij onze unieke situatie onderzoekssubsidies binnen te halen en zo onze investering terug te verdienen.

Waar liepen jullie tegenaan en hoe gingen jullie hiermee om?

Het grootste struikelblok zat in het bouwen van de brug tussen het gemeentelijk domein (Maastricht Sport) en de zorgpartners. Dit was vooral lastig wat betreft het delen van informatie, de algemene verordening gegevensbescherming (AVG), systemen en werkprocessen. Fysiotherapeut, huisarts en specialist mogen altijd vanzelf samenwerken, maar bij een gemeentelijke organisatie is dat niet zo. We moesten echt samen uitzoeken hoe we dit konden tackelen. Een oplossing was om deelnemers tijdens de beweegcoach-intake toestemming te vragen voor terugkoppeling aan de doorverwijzers.

Wat zorgt voor een goede samenwerking?

Aan de ene kant zijn dat praktische successleutels. Zo zitten de Beweegcoaches op de Stadspoli – dezelfde locatie als de medisch specialist. Dat verlaagt de drempel voor cliënten én zo blijft het concept onder de aandacht bij de medisch specialisten. Aan de andere kant zitten de successleutels in de uitgangspunten van waaruit we de samenwerking opzetten. Wij geloven in een succesvol netwerk waar de creatie voorop staat, niet de verzilvering daarvan. Onze partners vroegen zich niet af hoe zij er (financieel) beter van werden, maar wilden maximale waarde voor de patiënten en mensen met beweegklachten creëren. 

Worden resultaten gemonitord?

Er wordt een database opgesteld met informatie over cliënten vanuit het Beweeghuis en andere zorgverleners. Hierin staat wanneer iemand is verwezen, hoelang iemand is behandeld en welke behandeling iemand heeft gehad, enzovoorts. Maastricht Sport monitort de voortgang van deelnemers met fysieke testen en vragenlijsten en houdt iemands beweegdeelname bij. Als in de toekomst onderzoeksmogelijkheden worden toegekend, kunnen we deze data gebruiken om nog meer inzicht te krijgen. Ook is er de Beweeghuis Academie, een unieke transmurale samenwerking waarbij voor het eerst structureel onderzoek plaatsvindt naar de effectiviteit van diagnostiek en behandelingen in de hele behandelketen. Alle gegevens worden vertaald naar nieuwe innovaties en periodiek gedeeld met alle betrokkenen binnen het Beweeghuis: specialist, huisarts, fysiotherapeut, beweegcoach. Hierdoor krijgt de cliënt altijd beweegzorg volgens de laatste wetenschappelijke inzichten.

Hoe zorgen jullie dat de interventie goed blijft lopen?

We maken het zo eenvoudig mogelijk voor cliënten. Het is belangrijk dat we ze zo gemakkelijk mogelijk bij ons krijgen. Na een consult bij de medisch specialist kan de cliënt direct een afspraak maken voor een intake bij Maastricht Sport. Het intakegesprek vindt de week erna plaats op de stadspoli, een bekende omgeving voor de patiënt. En we maken het plezierig voor cliënten. Ons vertrekpunt is: denk in mogelijkheden, niet in beperkingen. Samen gaan we op zoek naar een beweegactiviteit die passend en leuk is. 

Welke eventuele risico’s zien jullie voor verdere samenwerking?

De financiële borging blijft spannend. We hebben een tijdelijk budget om de samenwerking vorm te geven; dit is met twee jaar verlengd. Voor die tijd willen we structurele bekostiging geregeld hebben. Wat betreft Maastricht Sport moeten we de toeloop in de gaten houden. Krijgen de beweegcoaches alles verwerkt? Capaciteitsproblemen door te snelle groei willen we voorkomen.

Wat zijn tips voor andere partijen om samen te werken?

  • Begin klein, daar waar energie zit. Enthousiasme vanuit zorgverleners is nodig om de verbinding tussen zorg en sport te leggen.
  • Betrek alle stakeholders vanaf het begin: wat gaan we precies doen, hoe geven we het vorm?
  • Maak geen beweegprogramma voor, maar met zorgverleners. Niet zomaar een programma om te laten doorverwijzen, maar maak een gezamenlijk product. Dus vraag ook aan zorgverleners wat zíj nodig hebben om het idee te laten werken.
  • Presenteer je initiatief als een gezamenlijk iets en niet als sportprogramma vanuit de sportorganisatie. Betrek de zorgpartners bij het naar buiten brengen van het initiatief. 
  • Te veel structuur haalt motivatie weg, dus beperk in het begin de hoeveelheid rapportages, overleggen, enzovoorts. Vooraf dichttimmeren schrikt partners af. Formaliseer in het juiste tempo.

Heb je zelf een inspirerend praktijkvoorbeeld dat je graag wilt delen? Neem dan contact op via e-mail met Kenniscentrum Sport & Bewegen


Artikelen uitgelicht


Gezonde leefstijl
Eerstelijnszorg, Sportaanbieders, Zorginstelling
public, professional
praktijkvoorbeeld
gezondheidsbevordering, in beweging brengen, samenwerken