Aan de rand van Hilversum, tegen een heidegebied aan, ligt het Arenapark: nu nog een monofunctioneel gebied met veel kantoorgebouwen, een onderwijsinstelling en enkele sportvoorzieningen. De openbare ruimte is het domein van de automobilist, met veel autowegen en parkeerplaatsen. Dit beeld zal de komende jaren veranderen. De gemeente Hilversum heeft het initiatief genomen om met aanwezige grondeigenaren en andere partijen het Arenapark toekomstbestendig te maken. Onderdeel van de plannen is het toevoegen van woonfuncties en grootschalige voorzieningen, waaronder een sportcomplex. In de openbare ruimte wordt bijzondere aandacht gegeven aan sport en bewegen, gezondheid, natuur en ecologie, klimaatbestendigheid en circulariteit.
Doelstellingen
Voor de transformatie naar een beweegvriendelijke omgeving heeft de gemeente Hilversum een aantal doelstellingen geformuleerd. Door de combinatie van veel groen en diverse sport- en beweegfaciliteiten hoopt de gemeente het Arenapark te positioneren als een gezond en levendig gebied, waar bewoners worden geholpen met een gezondere levensstijl. Dit wordt gerealiseerd door de aanleg van wandel- en fietspaden, sport- en beweegfaciliteiten en groengebieden. Tot slot hoopt de gemeente de sociale interactie en betrokkenheid te vergroten door ruimtes te creëren waar mensen samenkomen, sporten, spelen en evenementen organiseren.
Historische link
De aanleiding om juist hier sport en bewegen te faciliteren en te stimuleren, heeft onder meer te maken met de cultuurhistorie van het gebied. “Het Arenapark is sinds het begin van de 20ste eeuw verbonden met sport”, vertelt projectmanager Ine Tibosch van de gemeente Hilversum. “In 1920 werd hier het Gemeentelijk Sportpark Hilversum aangelegd, bestaande uit voetbalvelden, tennisbanen, een drafbaan en een atletiekbaan. In 1928 organiseerde Nederland de Olympische Spelen, waarbij de gemeente Hilversum erin was geslaagd de ruiterspelen te laten plaatsvinden in het Gemeentelijk Sportpark.”
“Op sommige plekken zijn nog sporen van dit Olympisch verleden zichtbaar, zoals de tribune van Dudok – nu een rijksmonument. De Gooise Atletiek Club, diverse sportaccommodaties en het Europese hoofdkantoor van Nike zijn hier gevestigd. In de toekomst wordt er een grote sportaccommodatie toegevoegd, bestaande uit een indoor atletiekhal, zwembad en gymzalen voor scholieren. Dit gebied resoneert dus sport. Het lag voor de hand om bij de voorgenomen gebiedsontwikkeling ook de openbare ruimte beweegvriendelijk te maken. Naar aanleiding van de cultuurhistorie en de sport-gerelateerde veranderingen noemen wij de gebiedsontwikkeling Sportpark.”
Wandelingetje door de buurt
Gebruikers, bewoners en bezoekers worden zo veel mogelijk verleid zich op andere manieren te verplaatsen dan met de auto. Het centrum van het gebied wordt autoluw. Er komen goede ov-voorzieningen, de looproute naar het station Sportpark wordt verbeterd en nieuwe fietsroutes ontsluiten het centrum van de stad. Het autoluw maken betekent ook een verbetering van de kwaliteit van de openbare ruimte. Door openbare parkeerplaatsen op maaiveld weg te halen, ontstaat er ruimte voor aantrekkelijke groenvoorzieningen, ontmoetingsplekken en fiets- en wandelpaden.
“Door goede verbindingen te maken met de naast het Arenapark gelegen hei en de woonwijken in de omgeving, is het straks mogelijk om in alle richtingen hardlooprondjes of een lunchwandeling te maken”, voegt Tibosch toe. “Bovendien bieden we mogelijkheden om te recreëren, elkaar te ontmoeten, te sporten en te bewegen. En we creëren levendigheid door kleinschalige voorzieningen zoals daghoreca, waar je een lekker broodje kunt eten en kopje koffie kunt drinken. In totaal integreren we ongeveer 6.000 vierkante meter aan kleinschalige voorzieningen in de plint van gebouwen.”
Houd rekening met software en orgware
Blossity, een bedrijf dat zich bezighoudt met het raakvlak tussen de gebouwde omgeving en gezond gedrag, adviseert bij dit project over het beweegvriendelijk maken van de openbare ruimte. “Een van de belangrijkste, algemene adviezen is: laat het niet bij de aanleg van speel- en sportplekken alleen, maar houd tevens rekening met de software en orgware”, stelt Jorick Beijer, oprichter van Blossity. “Zorg ervoor dat voor de komende 10 of 15 jaar deze plekken blijvend worden benut. Als je niets doet om het gebruik te stimuleren, is de kans groot dat er na een tijdje niets meer mee wordt gedaan. Het stimuleren van sport en bewegen – en gezond gedrag in het algemeen – werkt pas goed bij een combinatie van hardware, software en orgware.”
“In het geval van het Arenapark denken we al tijdens de ontwerpfase mee over mogelijke interventies, zoals sportlessen en beweegevenementen. Ook bekijken we welke partijen hierbij zouden kunnen worden betrokken. Op het Arenapark zit bijvoorbeeld de Gooise Atletiek Club, één van de grootste atletiekverenigingen in Nederland. Wellicht kan deze club haar accommodaties toegankelijker maken voor niet-leden. Of coaches de buurt insturen. De grootste aanjager van gedragsverandering is niet de plek maar de programmering, dus het geven van lesjes, trainingen, enzovoort.”
Samenwerking tussen bedrijven en gemeente
Beijer adviseert tevens in een vroeg stadium na te denken over de financiering van de exploitatie van sport- en beweegplekken. “De potjes van gemeenten worden beperkter, dus het komt steeds vaker voor dat een gemeente de exploitatie niet meer alleen kan financieren. Kansrijk is het bouwen van bruggen tussen publiek en privaat, bijvoorbeeld met een PPS-constructie. Hierdoor kunnen grotere bedrijven meedenken over en meebetalen aan de exploitatie van sport- en speelplekken. In Nederland moeten we nog wel een paar stappen maken om dit concept te kunnen omarmen. Grote bedrijven en overheden spreken vaak nog niet dezelfde taal. Maar ik merk dat de behoefte aan dit soort samenwerkingen groeit, zowel vanuit bedrijven als vanuit overheden. Bedrijven zien steeds beter in dat investeren in een beweegvriendelijke omgeving niet alleen het eigen personeel ten bate komt, maar dat het tevens een bijdrage kan zijn aan hun sociale verantwoordelijkheid om iets te doen voor de buurt en de samenleving.”
Zet sport en bewegen hoog op de agenda
Tibosch adviseert gemeenten bij soortgelijke gebiedsontwikkelingen sport en bewegen voldoende te prioriteren. “De druk op de schaarse openbare ruimte is erg hoog. Er moeten auto’s, bussen en fietsen kunnen rijden, er moet groen in, ga zo maar door. Ontwikkel daarom een gebiedsvisie waarbij sport en bewegen hoog op de agenda staan, zodat sport en bewegen ook een plek krijgen in de uitvoering. De gemeente Hilversum heeft in het stedenbouwkundig plan sport en bewegen als een belangrijk leidend principe opgenomen. Onze ambitie is hoog: de sportiefste buurt van Hilversum creëren.”
Naast sport ook spel
De druk op de openbare ruimte maakt tevens functioneel dubbelgebruik nodig, stelt Tibosch. “Ik zag laatst kinderen van de atletiekvereniging balansoefeningen doen op de betonnen halve bollen in de straat, die verhinderen dat auto’s het gras op kunnen rijden. Een goede ontwerper van de openbare ruimte of landschapsarchitect kan dergelijke slimme combinaties ontwerpen.”
Beijer voegt toe: “Heel lang hebben we sport- en beweegplekken gemaakt voor competitieve sporten: basketbalveldjes, voetbalveldjes, enzovoort. Om meer mensen in beweging te krijgen, kun je ook beweegaanleidingen ontwerpen die veel speelser zijn. Bijvoorbeeld: traptreden die oplichten, of balustrades die een bepaald geluid maken als je ze aanraakt. Heel tactiel. Of de stoepen zo breed maken dat je er ouderwets op kunt hinkelen. Op dit gebied liggen nog veel kansen.”
Morfologie
Beijer tipt verder: “Bij een beweegvriendelijke omgeving wordt vaak alleen gedacht aan speel- en sportplekken. Het is echter meer dan dat. Het begint bij de morfologie van een gebied. De morfologie – de verhouding en relatie tussen de vormen en identiteit van de bebouwing – heeft enorm veel invloed op beweegvriendelijkheid. Morfologisch gezien zijn bijvoorbeeld korte bouwblokken met veel hoeken belangrijk. Op die hoeken kun je in de plint voorzieningen en winkels programmeren. In combinatie met een grote woondichtheid creëer je hiermee een compacte gemeenschap met voorzieningen op loopafstand. De mensen hoeven dus niet meer in de auto te stappen. Zoals wel het geval is in een doorsnee Vinexwijk met één centraal gelegen winkelgebied.”
Placemaking
In het Arenapark wordt gebruikgemaakt van placemaking: een mensgerichte benadering in het plannen en vormgeven van de publieke ruimte. “Middels placemaking organiseren we tijdelijke interventies, vooruitlopend op de uitvoering van de plannen en creëren een voorproefje van het eindresultaat”, licht Jorick Beijer toe. “Zo hebben we samen met de beheerder van de naastgelegen heide twee wandel- en hardlooproutes ontwikkeld. In de oude situatie kon je vanaf het Arenapark moeilijk op de heide komen. We hebben de paden beter geaccentueerd door bewegwijzering aan te brengen met het kleurenpalet en logo van het Sportpark. We ontwikkelen een serie van dit soort interventies. Het is in langlopende gebiedsontwikkelingen belangrijk om de aandacht vast te houden, het ‘verhaal’ steeds meer lading te geven en het gebied letterlijk in beweging te brengen.”
Planning
Het stedenbouwkundig plan Sportpark is in 2023 door de gemeenteraad vastgesteld. De gemeente hoopt dat binnen een paar jaar kan worden begonnen met de uitvoering van de eerste plannen, zoals de bouw van een commerciële voorziening voor actiesporten en het gemeentelijk sportcomplex. Voor de totale gebiedsontwikkeling wordt 15 jaar uitgetrokken.
Aan de slag
Wil je zelf aan de slag met het beweegvriendelijke inrichten van een werkomgeving of de transformatie van een gebied tot een beweegvriendelijke omgeving. De bouwstenen van de beweegvriendelijke omgeving kunnen je daarbij helpen. Op deze interactieve kaart vind je 41 bouwstenen van de beweegvriendelijke omgeving met bijbehorende ontwerpprincipes. Ben je op zoek naar meer voorbeelden, kijk dan ook eens in de Ontwerpgids Buurt in beweging die ontwikkeld is door AM Gebiedsontwikkeling, in samenwerking met de Hartstichting en Kenniscentrum Sport & Bewegen.