Wat is een beweegtuin?
Een beweegtuin is een tuin die is ingericht met fitnesstoestellen en waarin bewoners of patiënten van een zorginstelling of met name oudere bewoners in een buurt hun conditie op peil kunnen houden door het doen van gymnastische oefeningen, volgens het Algemeen Nederlands Woordenboek. Maar een beweegtuin kan meer zijn dan een plek in een park waar plaats is ingeruimd voor fitnessapparaten. Het aanbod aan beweegactiviteiten kan ook bestaan uit moestuinieren (Moes- en Beweegtuin in Venlo), van de natuur genieten en ontspannen (Belevingstuin Helvoirt). Ook zijn er beweegtuinen die gericht zijn op zowel senioren als kinderen (Almere, Ried, Generatietuin Wierden), alleen kinderen (CWZ Nijmegen) of iedereen (Almelo).
Wij definiëren een beweegtuin als (groene) omgeving waar plek is voor beweegstimulerende voorzieningen en activiteiten. Dit kan zijn in een park, een veldje of speelplek in de buurt, nabij een woonvoorziening voor kwetsbare doelgroepen, bij een school of gemeenschappelijke voorziening.
Belemmerende en bevorderende factoren
Niet alle senioren maken uit zichzelf gebruik van een beweegtuin. Verschillende factoren kunnen ouderen belemmeren om een beweegtuin te gebruiken:
- Slechte weersomstandigheden als kou, hitte[1] en regen. Regen zorgt voor gladde wegen[2] naar de beweegtuin en op de locatie voor gladde tegels en maakt senioren bang om te vallen[3]
- Onvoldoende kennis over de mogelijkheden van de beweegtoestellen[4]
- Niet gebruiksvriendelijke toestellen, bijvoorbeeld krachtapparaten die te zwaar ingesteld zijn voor senioren[3,5]
- Slechte gezondheid of slecht ervaren gezondheidstoestand[2], fysieke beperking[5]
- Onzekerheid[2]
- Valangst[2,4]
- Openbaarheid en zichtbaarheid van de tuin[2,5], je bekeken voelen[4]
- Voorkeur aan andere beweegactiviteiten, bijv. bij de sportschool of wandelen[5]
- Onbekendheid van de locatie[3]
Bevorderende factoren voor het (intensief) bewegen in de openbare ruimte en de beweegtuin voor senioren zijn:
- Veiligheid[2]
- Begeleiding[2]
- Aanwezigheid van een draagvlak binnen de organisatie[2]
- Aanwezigheid van anderen[5]
- Introductie van een koffieronde[2]
- Gebruik in groepsverband[2]
- Overkapping ter bescherming tegen weersomstandigheden[2]
- Aanwezigheid van bordjes met uitleg bij beweegtoestellen[2]
- Een vast programma[2]
- Meer aandacht en bekendheid van de beweegtuin[2]
- Samen met kleinkinderen spelen[5]
- Betrokkenheid bij beheer en onderhoud[5]
Programma van eisen
Houd bij de opdrachtformulering voor een beweegtuin rekening met de lokale context: omgevingskenmerken, klimaat, cultuur, wat zijn de lokale wensen en behoeften en wat is er al aanwezig? Is de omgeving aantrekkelijk genoeg, toegankelijk, uitnodigend, veilig en voelt iedereen zich welkom? Vraag het de inwoners en potentiële gebruikers. Pas als je die wensen en behoeften duidelijk hebt, kun je een programma van eisen opstellen dat daarbij aansluit. Een programma van eisen bestaat uit een aantal onderdelen die overeenkomen met het BVO-model[6].
- Locatie en fysiek ontwerp (hardware)
- Activeringsplan (software)
- Beheer, onderhoud en toezicht (orgware)
1. Locatie en fysiek ontwerp (hardware)
Voor het ontwerpen van een beweegtuin die toegankelijk is voor alle inwoners, waar iedereen zich veilig voelt, die alle inwoners stimuleert tot bewegen, buitenspelen en sporten, dien je belanghebbenden (bijvoorbeeld potentiële gebruikers, fysiotherapeuten) te betrekken bij het ontwerp en de locatiekeuze.
Denk bij beweegstimulerende voorzieningen in een beweegtuin aan:
- Outdoor fitnesstoestellen
- Bestaand straatmeubilair te gebruiken voor beweegoefeningen (bijvoorbeeld een beweegbank)
- Blotevoetenpad
- Vlindertuin of andere beplanting die zintuigen prikkelt en/of dieren aantrekt,
- Moestuin en/of plukfruit
- Beweeggames (zie foto beweegtuin Zierikzee)
- Speeltoestellen die gebruikt kunnen worden voor bewegen (bijvoorbeeld een tafeltennistafel voor stretchoefeningen)
- Losse materialen die je kunt inzetten voor beweegoefeningen ( bijvoorbeeld losse takken om een speedladder voor warming up te maken)
Wat je beter kunt voorkomen: te veel oversteekplaatsen, ongelijke straten, hoogteverschillen, gladde oppervlakken, slecht verlichting, verkeerslichten die te snel op rood springen, afgesloten hek, niet gebruiksvriendelijke apparaten, te veel trappen en obstakels.
Ontwerpprincipes voor een beweegtuin:
- Kies een locatie die bereikbaar is (<500 meter), dichtbij andere voorzieningen[7] en voorkom de kans op geluidsoverlast.
- Zorg voor toegankelijke, obstakelvrije en veilige routes naar de beweegtuin[7,8].
- Ontwerp de beweegtuin zo dat de locatie het gevoel geeft van zichtbaar zijn, maar niet het gevoel hebben bekeken te worden(8).
- Combineer plekken/toestellen voor beweegactiviteiten met ontmoetingsplekken (bankjes) en andere (sociale) activiteiten op deze plek (bijv. schilderen, moestuinieren, muziek maken).
- Zorg voor sociale veiligheid door bijvoorbeeld formeel of informeel toezicht. Voorkom dat er overlastgevende groepen in de buurt zijn.
- Maak bij de keuze van ondergrond een afweging tussen fysieke veiligheid (zo klein mogelijke kans op risico op vallen en blessures), hittestress en toegankelijkheid. Ondergronden als stoeptegels, halfverharding of valdempende ondergronden als bijvoorbeeld kunstgras hebben allen hun voors en tegens.
- Houd bij de keuze van beweegtoestellen en andere elementen rekening met de wensen van de doelgroep, het beschikbare budget, materiaalkeuze, variatie in kracht-, cardio- en balanstoestellen. Laat bijvoorbeeld een fysiotherapeut meedenken, want die let op functionaliteit (alle spiergroepen gebruiken, makkelijk bruikbaar en bedienbaar, veiligheid van het toestel en niet te moeilijke bewegingen). Zorg dat de toestellen hufterproof zijn[9].
- Plaats een plattegrond of kaart om duidelijk aan te geven waar welke zone in de beweegtuin is, waar sommige activiteiten niet of juist wel zijn toegestaan.
- Plaats bij de onderdelen informatie over mogelijke oefeningen. Daarbij kun je zorgen voor trainingsschema’s. Mensen weten dan hoe ze een training van bijvoorbeeld een half uurtje kunnen invullen[9].
- Overweeg een overkapping in de beweegtuin om te schuilen voor de zon en neerslag[2] of zorg voor een alternatieve locatie[7].
- Zorg voor een locatie in buurt van een openbaar toilet en gelegenheid om voor- of na het bewegen koffie te drinken[7].
- Creëer in een beweegtuin ook plekken om te rusten[7].
Meer ontwerpprincipes
Zie voor meer ontwerpprincipes het hoofdstuk ‘Senioren’ in de inspiratiegids voor een inclusieve beweegvriendelijke omgeving: Buiten bewegen voor iedereen
2. Activeringsplan (software)
Zorg voor een activeringsplan voor de beweegtuin met een activiteitenprogramma. Bied maatwerk. Stel voor je activeringsplan korte-, middellange- en langetermijndoelen op. Denk aan doelen op verschillende niveaus: gemeentelijk, organisatie, stakeholder en eindgebruiker. Probeer deze doelen SMART te formuleren zodat je kunt monitoren en evalueren[9,14].
Activiteiten & interventies
- Organiseer activiteiten met begeleiding waar mensen samen met bekenden aan kunnen deelnemen[4,7].
- Plan beweegactiviteiten op een vast moment met een vaste groep[7,9].
- Gebruik erkende interventies of werkzame elementen daaruit[9]. Je vindt deze in de database erkende interventies van Kenniscentrum Sport & Bewegen.
- Gebruik bij het implementeren van een interventie het dossier ‘Wat werkt bij implementatie van sociale interventies’ van Movisie[9].
- Denk aan het sociale aspect en combineer het beweegaanbod met andere activiteiten zoals koken, samen eten, koffie drinken en kaarten[9-11]. Zorg dat het niet te duur is[7].
- Betrek stakeholders die wellicht zelf geen gebruik gaan maken van de locatie, maar wel kennis hebben van de wijk en/of de doelgroep. Zij kunnen meedenken over de programmering. Denk aan maatschappelijk werkers, buurtcoaches en wijkconsulenten[9].
- Maak gebruik van nationale dagen waarop je deze locatie extra ‘in de picture’ kan zetten en kunt gebruiken. Denk aan de Nationale Buitenspeeldag en de Nationale Ouderendag[9].
Begeleiding & coaching
- Betrek professionals die cliënten meenemen naar de beweegtuin. Maak ze wegwijs in het gebruik maken van de voorziening[9].
- Denk na over alternatieve mogelijkheden van activeren zoals ‘train de trainer’ trainingen: een fysiotherapeut of gespecialiseerd buurtsportcoach gaat bijvoorbeeld in een lessenreeks uitleg geven aan sleutelfiguren of toekomstig begeleiders of trainers over hoe de plek te gebruiken met senioren. De interventie Vitality club’is hiervan een inspirerend voorbeeld[9].
- Instrueer begeleiders dat focus op plezier in bewegen moet liggen en bevorderen van eigen effectiviteit[7].
- Zorg dat aanbod door begeleiders persoonsgericht is, dus met passende intensiteit en in een passende setting[7].
Hulp bij aanbod en activering
Verschillende documenten kunnen helpen bij het ontwikkelen van sport- en beweegaanbod en een activeringsplan voor senioren.
- Handreiking Senioren in beweging: van beleid naar praktijk
- Inspiratiegids Inclusieve beweegvriendelijke omgeving
- Factsheet Werken met ouderen, aanbod in beeld
- Whitepaper Werkzame elementen van beweeginterventies voor 55 plussers
- Eindbundel Senioren sterker maken fysiek en sociaal
Communicatie & Voorlichting:
Een onderdeel van het activeringsplan is mensen werven om naar de beweegtuin te komen en er gebruik van te maken. Hoe zorg je ervoor dat de juiste informatie, via de juiste kanalen en middelen bij de doelgroep terechtkomt? Hoe zorg je ervoor dat de doelgroep ook daadwerkelijk gebruik gaat maken van de voorziening en meedoet met de georganiseerde activiteiten. En wie heb je nodig in je werkgroep of in je netwerk voor werving en communicatie? Betrek de doelgroep zelf om te weten te komen wat belangrijk is voor hen om deel te nemen, hoe ze te bereiken en met welke boodschap, en welke belemmeringen er zijn[12].
De leeftijdscategorie 55-64 jaar informeert zichzelf over sport en bewegen het meest via het internet: 30%[14]. Dus zorg dat er een overzicht van sport- en beweegaanbod in de gemeente online beschikbaar is[7]. Zoek ondersteuning door gemeente bij communicatie van het aanbod en de interventies[12]. Zorg voor goede communicatie over hoe de beweegvoorziening (of toestellen) op een goede en veilige manier te gebruiken[7].
De 65-79 jarigen laten zich het meest informeren door een zorgaanbieder: 27%[13]. Persoonlijke verwijzingen van zorgverleners, welzijnswerkers, of buurtsportcoaches werken beter dan een geschreven brief of algemene communicatie[7,10]. Denk ook aan het verbinden van het aanbod aan een bekende organisatie of bekend persoon[12] en/of zet enthousiaste peers, sleutelfiguren en boegbeelden in[10]. Deelnemende 65-plussers en docenten kunnen ook als ambassadeur dienen[4,12] en zorgen voor mond-tot-mond reclame[4,7]. Zorg voor een goede verbinding en nauwe samenwerking met sociaal domein[12].
Voor beide leeftijdsgroepen geldt: vermijd het gebruik van het woord ‘sport’ in de communicatie[10], gebruik in plaats daarvan bijvoorbeeld ‘bewegen’ of ontmoeten[12] of een doel als valpreventie[4].
3. Beheer, onderhoud en toezicht (orgware)
Een goed beheerde en onderhouden beweegtuin is een voorwaarde voor goed gebruik[8]. De beweegtuin moet schoon, heel en veilig zijn. In de planvorming heb je nagedacht over het beheer en onderhoud van de beweegtuin. Wie is hiervoor verantwoordelijk, wat zijn de structurele kosten en wanneer is welke vorm van beheer en onderhoud nodig? Of gaat het beheer en onderhoud mee in bestaande afspraken bij de gemeente of via andere organisaties? Afspraken over beheer en onderhoud zijn erg context afhankelijk.
In elk geval is reeds duidelijk, of bespreek je met elkaar en leg je vast:
- Wie beheert de plek (dagelijks beheer) en wie is verantwoordelijk voor onderhoud?
- Wie controleert de veiligheid (inspectie) wanneer er sprake is van toestellen?
- Welke werkzaamheden behoren tot het dagelijks beheer en wat is groot onderhoud?
- Waar komen budgetten voor beheer en onderhoud vandaan?
- Is er ook een reservering voor wanneer er iets moet worden vervangen?
Beweeg- en beleeftuin in Castenray
In de beweeg- en beleeftuin in Castenray gebeurt het beheer door betrokken inwoners. Een van de initiatiefnemers trof een man die sinds twee jaar in het dorp woont en aan het schoffelen was in de beweeg- en beleeftuin. “Ik vind het hier niet netjes, dus ik ga het gewoon opruimen”, redeneerde de man vanuit zijn betrokkenheid. Ook een deelnemer van de beweegactiviteit komt regelmatig met zijn kleinkinderen naar de beweeg- en beleeftuin voor onderhoud[5].
Tips voor beheer en onderhoud:
- Een kleine moeite, maar een groot resultaat, als je op de locatie komt, kijk even om je heen en ruim zwerfafval op of maak direct een melding van vervuiling of vernieling die je zelf niet kunt oplossen[9].
- Zet buurtbewoners in om een oogje in het zeil te houden. Wie maakt zijn/haar dagelijkse ronde langs deze plek? Wie kijkt vanuit zijn woning of werkplek uit op deze plek?[9].
- Zijn er stakeholders die het beheer van de plek op zich nemen? Overweeg of je wilt werken met een beheerovereenkomst of afspraken op een andere manier vastlegt[9].
- Kijk of je met positief geformuleerde gedrags- en gebruiksregels de gebruikers kunt stimuleren om de plek samen schoon en veilig te houden[9].
- Reserveer budget voor het vervangen van een element of schaf direct wat dubbel aan, zodat je wat achter de hand hebt om direct te vervangen wanneer er iets kapot gaat[9].
- Denk kritisch na over of je gebruik wilt maken van omheiningen die je kunt afsluiten of camerabewaking. Beide hebben voor- en nadelen[9].
Zorg voor continuïteit
Ontwerp voor de lange termijn. Houd rekening met onderhoud van zowel hardware als software (BVO-model)[6]. Activiteiten (de software) moeten net als apparaten onderhouden worden, door bijvoorbeeld activiteiten regelmatig opnieuw te plannen en te promoten en dus financiering van de activiteiten en begeleiding op langere termijn te borgen[7]. Denk ook na over wanneer deze plek een succes is en formuleer succescriteria waarop je kunt monitoren en desgewenst kunt bijsturen. Hierbij kun je gebruik maken van het MAPE-model[14].
Meer lezen
- Van schoolplein tot beweegtuin in Ried
- Bewegen in de tuin van een zorgcentrum is uitkomst voor ouderen
- Beweegplekken voor senioren (AWGL)
- Stappenplan & onderzoeksresultaten beweegvoorzieningen voor ouderen in de openbare ruimte (Fontys)
- 7 praktijkvoorbeelden van beweegprojecten voor ouderen in de openbare ruimte
- 4 fysieke maatregelen om ouderen te activeren
De foto boven dit artikel van een beweegtuin in Eemsdelta is van Andries Kooi.
Bronnen
- Levinger P, Sales M, Polman R, Haines T, Dow B, Biddle SJH, et al. (2018). Outdoor physical activity for older people-the senior exercise park: Current research, challenges and future directions. Health Promot J Austr 2018 December 01;29(3):353-359.
- Hardi, M., Hout, S.A.H., Kooiman, A.L., Koolena, O.A.H., Lau, I.C.J. & Ossendrijver,I. (2020). Bevorderende en belemmerende factoren voor senioren voor het gebruik van de beweegtuin te Papendrecht. Eindwerk Bachelor Geneeskunde Erasmus MC, Rotterdam, Nederland.
- Verberkmoes A. (2015). Adviesrapport het beweegplein – De Nije Veste.
- ZonMw (2023). senioren sterker maken; eindbundel geen woorden maar daden.
- Kunen, M., Damen, I. (2024a). Onderzoek naar beweegvoorzieningen voor ouderen in de openbare ruimte, Eindhoven: Fontys Sport & Bewegen, Lectoraat move to be.
- Hoyng, J. & Eck, M. van (2021). Model Beweegvriendelijke omgeving (BVO-model). Ede: Kenniscentrum Sport & Bewegen.
- Kappé, E., Broek, I. van den & Vendig, Y. (2024). Beweegtuinen voor ouderen; toepassing van kennis over succesfactoren. Academische werkplaats Gezonde Leefomgeving.
- Herpen, N.A. van, Hordijk, D. & Vries, S.I. de (2015). Outdoor fitness in Den Haag; Een onderzoek naar het gebruik en de succesfactoren van zeven Haagse fitplaatsen. Den Haag: Haagse Hogeschool, Lectoraat Gezonde leefomgeving in een stimulerende omgeving.
- Kunen, M., Damen, I. (2024b). Stappenplan beweegvoorzieningen voor ouderen in de openbare ruimte, Eindhoven: Fontys Sport & Bewegen, Lectoraat move to be.
- Nijland, S., Preller, L., Kalkman, I. & Willemsen. N. (2018). Werkzame elementen van beweeginterventies voor 55-plussers. Ede: Kenniscentrum Sport.
- Kenniscentrum Sport & Bewegen (2022a). Inspiratiesheet werving 65-plussers voor beweegaanbod; 65-plussers, zo bereik je ze wel! Ede, Kenniscentrum Sport & Bewegen.
- Kenniscentrum Sport & Bewegen (2022b). Inspiratiesheet beweegaanbod 65+, Zo wordt jouw aanbod een succes! Ede, Kenniscentrum Sport & Bewegen.
- Dool, R. van den, Heijnen, E. (2022). Deelname aan sport en bewegen door ouderen; stand van zaken eind 2020. Utrecht: Mulier Instituut.
- Hoyng, J. & M. Sluijs (2017). Beleidswijzer Sport en Bewegen. Ede: Kenniscentrum Sport.