Bredere functie
Sportparken zullen in de toekomst een bredere functie krijgen, als ruimte waar naast sport ook plek is voor andere maatschappelijke doelen. Traditioneel zijn sportparken (vaak) afgesloten met een omheining. Het gebruik vindt vooral doordeweeks in de avonduren plaats en in het weekend, door de georganiseerde sport. De druk op de ruimte in steden en de maatschappelijke uitdagingen voor gemeenten – zoals de woningcrisis en het klimaatvraagstuk – maken sportparken tot interessante plekken om bij te dragen aan deze opgaven. Niet voor niets staat in het programma ‘MOOI in beweging’ van ZonMw als een van zes wicked problems in de sport genoemd dat de Nederlandse sportinfrastructuur te weinig wordt gebruikt.
Sportparken hebben veel ruimte waar diverse functies een plek kunnen krijgen. Een sportpark (deels) openbaar maken en omvormen tot open sportpark is een manier om de ruimte beter te benutten. Bij een open sportpark wordt het sportpark fysiek opengesteld voor maatschappelijke functies. Denk aan gebruik door onderwijs, kinderopvang, zorg- en welzijnsorganisaties of omwonenden. Efficiënt gebruik van een sportaccommodatie door meer dan alleen de vereniging biedt kans op de verhoging van sportdeelname, het halen van beweegnormen en efficiënte bezettingsgraden. Met het opener maken van sportparken voor onder andere de wijk benut je deze ruimte ook voor het realiseren van een gezondere en vitalere samenleving.
Tipsheet Open Sportparken
Kenniscentrum Sport & Bewegen heeft een tipsheet Creëren van een Open Sportpark gemaakt. Daarin vind je tips over hoe je van jouw (gesloten) sportpark een open sportpark kunt maken of bestaande open sportparken kunt doorontwikkelen. De tipsheet bevat kansrijke maatregelen, uitdagingen en praktische tips.
Wat is een open sportpark?
Voor een sportpark met een open karakter zijn verschillende namen: open sportpark, vitaal sportpark, openbaar sportpark, multifunctioneel sportpark, sport- en ontmoetingspark, communitypark en vrij toegankelijk sportpark. Het idee is hetzelfde: Een sportpark dat in meer of mindere mate is geïntegreerd in de (openbare) ruimte en meer is dan alleen een plek voor de verenigingen en hun leden om hun sport te beoefenen.
Open sportparken bestaan in verschillende vormen en zijn zeker niet alleen accommodaties waarvan de hekken zijn verwijderd en die vrij toegankelijk zijn voor iedereen. De vormen variëren van een openbaar park met vrij toegankelijke sportaccommodaties tot een omheind sportpark waar op bepaalde dagen activiteiten voor andere doelgroepen dan de verenigingsleden plaatsvinden.
Het is bij het meer openstellen van een sportpark belangrijk om met de stakeholders te overleggen wat de wensen en behoeften zijn. Met verenigingen, de buurt, de gemeente, het onderwijs, het sportbedrijf en andere betrokkenen krijgt het hernieuwde sportpark vorm. Dat betekent lokaal maatwerk en veel variatie. Vijf kenmerken komen overal terug[1].
Vijf hoofdkenmerken van een open sportpark
- Functiemenging: het sportpark heeft meer doelen dan sport. Denk aan kinderopvang, buurthuis, bibliotheek of een fysiotherapiepraktijk. Het resultaat: een park waarbij wonen, werken, onderwijs, zorg, sport en dienstverlening naast elkaar mogelijk zijn.
- Ruimtelijke integratie: het sportpark is via actieve verkeersroutes, groen en recreatie structuren verbonden met de openbare ruimte. Het sportpark is zo een ontmoetingsplek of startpunt van verschillende sporten.
- Openheid: het sportpark moet open zijn voor iedereen. Fiets- en wandelroutes lopen bijvoorbeeld door het park en er zijn sportvelden die iedereen kan gebruiken. Natuurlijk is toezicht nodig en op sommige plekken hekken, of is er een reserveringssysteem voor het gebruik van de sportvelden.
- Optimale benutting van ruimte: de sportparken worden zowel maatschappelijk als sportief goed benut door verschillende doelgroepen. Een clubhuis is bijvoorbeeld overdag een ontmoetingsplek voor ouderen en een onderwijslocatie en het sportveld een gymlocatie voor scholen. ’s Avonds gebruiken verenigingen de sportvelden, waar in het weekend evenementen plaatsvinden. Dat draagt positief bij aan de bezetting overdag en ’s avonds, gedurende de week.
- Bestuurlijk vitaal: naast de ruimtelijke inrichting is het belangrijk dat zowel het activiteitenaanbod als het draagvlak voor vrijwilligers op orde zijn. Dat kunnen verenigingen zelf doen, of bijvoorbeeld een sportparkmanager die is aangesteld vanuit de gemeente of een sportbedrijf.
Meer open sportparken in Nederland
69% van de gemeenten heeft minimaal één vrij toegankelijk sportpark in hun gemeente, zo geven zij aan in een onderzoek van het Mulier Instituut uit 2022. geeft. Dat was in 2019 nog 48%[2]. Meest genoemde maatregelen zijn voorzieningen/materialen op sportparken/bij sportaccommodaties toegevoegd (functionaliteit verhoogd), toegankelijkheid verbeterd en nieuwe initiatieven (financieel) ondersteund[2]. In 2020 gaf tweederde van de sportverenigingen aan dat zij niet de enige gebruiker zijn van een sportveld, terwijl maar 11% een uurtarief betaalt[3].
Wat levert een open sportpark op?
Onderzoek door het Mulier Instituut en de HAN in de provincie Gelderland naar de effecten van Vitale Sportparken en Open Clubs laat zien dat de opbrengsten van de projecten die zijn onderzocht vooral liggen op drie thema’s. Ten eerste in de realisatie van nieuwe fysieke aanpassingen. Ook zijn nieuwe samenwerkingen ontstaan tussen de verschillende betrokken partijen bij het sportpark. Ten slotte is een duidelijke toename in de sportparticipatie zichtbaar[4].
Onderzoek van Jelle Schoemaker (docent-onderzoeker aan de HAN), gepresenteerd op de Dag van het Sportonderzoek in mei 2022, laat de volgende opbrengsten zien:
- Gezondheidseffecten zijn een belangrijke opbrengst van Open Clubs en Vitale Sportparken.
- Wanneer de effecten minimaal een jaar vastgehouden worden, zijn de publieke baten hoger dan de kosten.
- Baten vallen vooral bij de leden, terwijl het doel is meer gebruik van sportpark door de buurtbewoners.
- Veel spreiding in de omvang van de effecten door verschil in opzet projecten.
In een enquête onder het VSG Panel, ook uitgevoerd door het Mulier Instituut[3], geeft 61% van de gemeenten aan dat de vrij toegankelijke sportparken ook regelmatig buiten verenigingsverband wordt gebruikt door de inwoners. Daarentegen geeft 82% aan dat er vernielingen worden aangericht en afval wordt achtergelaten. Welke vernielingen dat exact zijn en in hoeverre de maatschappelijke opbrengsten opwegen tegen de extra kosten voor onderhoud en beheer is niet duidelijk. Belangrijk om te vermelden is dat het hier gaat om open sportparken die vrij toegankelijk zijn.
Het lijkt te lonen om te investeren in open sportparken, op basis van bovenstaande resultaten. Maar in welke vorm de impact het hoogst is en wat een open sportpark dan exact oplevert, verschilt per locatie. De opbrengst hangt ook af van de aanleiding om een open sportpark te realiseren en de beginsituatie van het project[1].
Aan de slag
Wil je zelf aan de slag met de sportparken in jouw gemeente een meer open karakter te geven? Lees dan onze tipsheet Creëren van een Open Sportpark. Daarin lees je diverse succesfactoren en uitdagingen bij het creëren van een open sportpark.
Lees meer
- Bijlmer Sportpark zet het hek open: op weg naar de gezondste plek van Zuidoost
- Sportpark Galecop: verenigingen hebben baat bij betere benutting sportpark
- Sportpark Galecop: maatschappelijke verbinding als sportief verdienmodel
Bronnen
- Eck M van, Pal F van der. Open sportpark voor een gezonde leefomgeving. 2021.
- Reitsma M, Hoogendam A, Kwaasteniet R de & Poel H van der. Monitor Sportakkoord ‘Sport verenigt Nederland’. De oogst van het sportakkoord: voortgangsrapportage juni 2022. Utrecht: Mulier Instituut; 2022.
- Schots M, & Schadenberg B. Open sportparken in Nederland: factsheet 2020/44. Utrecht: Mulier Instituut; 2020.
- Schoemaker J, Reitsma M, Kalmthout J van, Hoeijmakers R, & Ven R. van de. Gelderse open clubs en vitale sportparken: opbrengsten en succes- en verbeterfactoren bij de ontwikkeling van open clubs & vitale sportparken. Utrecht: Mulier Instituut; 2021.