De zes beschreven stappen helpen zorgprofessionals globaal op weg om vanuit een organisatievisie en beleid meer planmatig met beweegstimulering voor bewoners aan de slag te gaan.
Belang van bewegen
Ouderen die in een zorginstelling wonen, brengen vaak het grootste deel van hun dag zittend door. Daarbij bewegen ze minder en op een lagere intensiteit dan leeftijdsgenoten die nog thuis wonen. Dat is jammer, want bewegen is juist goed voor de gezondheid en kan voor de kwaliteit van leven veel opleveren. Het belang van bewegen voor bewoners in zorginstellingen staat uitgebreider beschreven in dit artikel.
Beweging voor ouderen stimuleren per stap
De volgende stappen bieden professionals de mogelijkheid om inspiratie op te doen en samen te werken aan meer beweging op locatie. De volgorde van de stappen heeft een logica, maar het proces hoeft niet altijd bij 1 te beginnen en bij 6 te eindigen. Gebruik het geheel of maak gebruik van elementen als je binnen jouw afdeling, team of zorgorganisatie aan de slag gaat met ‘bewegen’ of een uitbreiding van het beweegaanbod.
Stap 1: Verkennen en inspireren
De eerste stap die een zorgorganisatie kan nemen, is het verkennen van het idee en inspiratie opdoen over de mogelijkheden van meer bewegen. Het gaat in deze stap om het creëren van urgentie – waarom is meer bewegen van belang en wat levert het op? – en draagvlak om aan de slag te gaan met meer bewegen. Deze stap is vaak niet eens een bewuste stap, maar wel belangrijk. Het legt de basis voor een gedragen aanpak.
Stap 2: Breng in beeld
Bij deze stap ga je aan de slag om de huidige situatie in beeld te brengen. Hoe staan we er eigenlijk voor? Wat doen we al op het gebied van bewegen? Is bewegen een doel op zich of is het onderdeel van een ander beleidsthema, zoals kwaliteit van leven, valpreventie of zelfredzaamheid? Wat zijn de wensen en behoeften van de cliënten en van de cliëntenraad op dit gebied? Om te bepalen waar je zaken kunt verbeteren, is het belangrijk in kaart te krijgen hoe je ervoor staat. Vragen die je hiervoor kunt stellen en beantwoorden zijn:
- Wat doe je al (wat is er al) aan beweegactiviteiten?
- Wat zou je graag willen?
- Wat heb je daarvoor nodig?
Stap 3: Brainstormsessie(s)
Je gaat met collega’s op zoek naar goede ideeën over hoe het (beter) kan. Vaak zijn deze ideeën in eigen huis aanwezig. Met meerdere disciplines ideeën uitwisselen, delen van positieve ervaringen en het praten over mogelijkheden werkt inspirerend. Maar je ontdekt ook knelpunten en belemmeringen. Het is goed om daar in deze stap bij stil te staan. Samen zoek en vind je doelen en ontdek je wat iedereen kan bijdragen. Het betrekken van collega’s bij een brainstormsessie levert op deze manier meer betrokkenheid op, wat de kans van slagen in de uitvoering groter maakt.
Stap 4: Plan van aanpak
In deze stap komen alle voorgaande acties samen in een geschreven plan. Nu de beginsituatie in beeld is en met verschillende disciplines ideeën zijn geopperd, is de fase van kiezen en actie aangebroken: wat al goed gaat koesteren en wat beter kan, verbeteren. Wat wordt je gezamenlijke stip op de horizon? Hoe en wanneer ga je dat bereiken? Dit ‘wat’, ‘hoe’ en ‘wanneer’ kun je in een plan van aanpak uitwerken. Hoewel er gaandeweg nog van alles kan veranderen, geeft een helder plan van aanpak houvast en een richting.
Stap 5: Doe-fase
In de ‘doe-fase’ spreek je met elkaar af hoe je het plan van aanpak uitvoert en hoe je monitort of het gaat zoals verwacht en of je bereikt wat je voor ogen hebt. Naarmate de voorgaande stappen beter zijn uitgevoerd, wordt de uitvoering gemakkelijker.
Stap 6: Aanpassen en inbedden
In deze fase heb je aandacht voor het delen van successen, het verbeteren van niet-werkende zaken en het structureel maken van bewegen. Het is belangrijk dat je zaken die goed en niet goed gingen bespreekbaar maakt om ruimte voor verbetering te houden.
Lees meer
- De factsheet Effecten van bewegen voor senioren geeft een overzicht over de positieve effecten van bewegen voor senioren
- Het E-book zelfredzaamheid helpt jou als zorg-, welzijns- en sportprofessional om met sport en bewegen de zelfredzaamheid van (kwetsbare) senioren te vergroten of tegen te gaan.
- Met de methode Qwiek gaan ouderen in zorginstellingen meer bewegen